Het CPB heeft in
haar policy brief "De effectiviteitvan fiscaal Participatiebeleid" voorgerekend dat er, bij de invoering van
een basisinkomen, voor sommige groepen werknemers een financiƫle prikkel is om
minder te gaan werken.
Het basisinkomen
levert voor grote groepen mensen echter ook een prikkel om aan het werk te
gaan.
Ten eerste is er de
armoede val. Wanneer iemand nu een bijstandsuitkering heeft, gaat hij er
nauwelijks op vooruit als hij (laagbetaald) werk vindt. Soms gaat hij er zelf
financieel op achteruit. Met de invoering van het basisinkomen is dit effect
weg. Voor iedere euro die je verdient, ga je er financieel ook echt op vooruit.
Het wordt ook
makkelijker om een eigen onderneming te beginnen. Wanneer je nu bijvoorbeeld
zzp'er wordt, heb je geen recht meer op een uitkering. Als je niets verdient,
heb je dus ook geen inkomen. Na de invoering van het basisinkomen heb je altijd
dat basisinkomen om op terug te vallen. Dat is dus een prikkel voor mensen, die
twijfelen of ze voor zichzelf gaan beginnen, om die stap echt te zetten.
Tenslotte zijn er
nog de baantje, die mensen heel graag zouden doen, maar niet het minimumloon
opbrengen. Met de invoering van het basisinkomen kan het minimumloon ook
vervallen. Er kan dan immers geen sprake van uitbuiting meer zijn. Zelfs als de
productiviteit van de medewerken, in die specifieke baan, onder het huidige
minimumloon ligt, zullen mensen toch de baan eerder aannemen dan nu.
Verder zullen de loonkosten voor werkgevers gaan dalen. Dat zal ze dus stimuleren om eerder mensen aan te nemen. Maar daarover meer in het volgende artikel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten